Netwerk tegen Armoede pleit voor doordachte aanpak bij discussie over verhoging minimumlonen
Het Netwerk tegen Armoede pleit al langer, samen met de BMIN-partners, voor een verhoging van uitkeringen en inkomens tot de Europese armoedegrens. We kunnen ons zelfs de vraag stellen of die Europese armoedegrens (60% van het mediaan inkomen in België) niet te laag ligt. Een belofte die opeenvolgende regeringen plechtig maakten en nadien lieten liggen. Ondertussen hebben PS en PVDA elk een wetsvoorstel ingediend om de minimumlonen (van werkenden dus) te verhogen tot €14/uur of ca €2.300/maand. Principieel kan het Netwerk tegen Armoede dit steunen, maar rond de concrete wetsvoorstellen hangen nog te veel vraagtekens om er hier en nu werk van te maken.
Werken betekent niet altijd een financiële stap vooruit
Een verhoging van de uitkeringen tot de armoedegrens gaat best gepaard met een verhoging van het minimumloon onder het mom van loon naar werken en om werkloosheidsvallen te vermijden. Voor het Netwerk tegen Armoede moet eerst en vooral het eerste gerealiseerd worden. Daar is een fors budget voor nodig (ca. €1,3 miljard), maar onmogelijk is het niet, mits een regering de juiste prioriteiten kiest. Mensen in armoede willen graag aan de slag, zelfs als hen dat in een eerste fase maar weinig of soms zelfs niets extra oplevert. Laat het wel duidelijk zijn dat mensen er niet willen op achteruit gaan door een job aan te nemen. Werken houdt immers extra kosten in. Kinderopvang, verplaatsing van en naar het werk (soms enkel mogelijk met de wagen wanneer men bvb in ploegen werkt of naar een slecht ontsloten werkplek moet). Het spreekt voor zich dat mensen financiële stappen vooruit moeten kunnen zetten door te werken. Zelfs als dat niet het geval is, zullen mensen vaak toch een job aannemen. Zo doorbreken ze het sociaal isolement, kunnen ze hun competenties verhogen, ... Toch blijft dit onrechtvaardig.
Verhoging van minimumloon enkel met juiste randvoorwaarden
In dat licht spreekt een verhoging van het minimumloon voor zich. Alleen moeten de randvoorwaarden dan ook juist zitten. Wie draait op voor de extra kosten? De werkgevers? De sociale zekerheid? Of wordt er een evenwicht gezocht? Beide wetsvoorstellen roepen op dat vlak vooral vraagtekens op. Wij zijn principieel gewonnen voor een minimumloon, maar niet als dat zou leiden tot jobverlies of (nog) meer mensen naar een circuit van precaire jobs zou doorverwijzen. Of nog, als dat de zoveelste aanslag zou blijken op de sociale zekerheid. De financiering daarvan staat al onder druk, onder door de ondoordachte invoering van de tax shift tijdens de voorbije regeerperiode. Daarom pleit het Netwerk tegen Armoede voor de nodige omzichtigheid bij de behandeling van deze wetsvoorstellen.