Wonen in onzekerheid. De impact van slechte woonkwaliteit.

"Er staat vocht op mijn muren en het huis is slecht geïsoleerd. Mijn verhuurder weet dat, maar als die dit wil oplossen moet ik een aantal weken of zelfs maanden uit mijn huis. Ik ging naar het OCMW om te vragen waar ik naartoe kan, maar ze kunnen mij niet verder helpen met een woonst. Er is maar één noodwoning in de gemeente. Ze zeggen dat ik dan maar tijdelijk bij familie moet intrekken. Mijn familie woont op 45 minuten rijden, ver van ons sociale netwerk en de school. Met het openbaar vervoer kan ik de kinderen niet dagelijks brengen." (Ouder van twee kinderen op de private huurmarkt)
De private huurmarkt wordt vandaag gekenmerkt door een enorme krapte en een schrijnend gebrek aan woonkwaliteit. Voor wie huurt met een laag inkomen is er amper aanbod. De zoektocht naar een woning duurt voor mensen in armoede erg lang. Het aantal betaalbare huurwoningen is schaars, waarbij mensen in armoede concurreren -en meestal het onderspit delven- met meer kapitaalkrachtige huurders. Geschikte woningen gaan aan hun neus voorbij, waardoor mensen in precaire situaties worden overgelaten aan complete willekeur. Het enige wat hun rest is een huurwoning te aanvaarden waarvoor ze uiteindelijk bevestiging voor krijgen. Dit zijn vaak woningen van onvoldoende kwaliteit, met hoge huurprijzen en hoge energiekosten.
Mensen in armoede komen terecht in schrijnende toestanden: mensen die hun huis amper verwarmd krijgen in de winter, vocht in woningen waardoor hun kinderen problemen krijgen met de luchtwegen, mensen die noodgedwongen huurachterstal oplopen bij gebrek aan inkomen en ondertussen jarenlang wachten op een sociale woning. De woon-onzekerheid, de voortdurende angst het huis kwijt te raken, zorgt ervoor dat ze zich nooit effectief ‘thuis’ kunnen voelen.
Hoewel het recht op wonen in Vlaanderen wettelijk verankerd is, ontbreekt het aan politieke en maatschappelijke druk om structurele oplossingen te realiseren. Huurders met een laag inkomen blijven daardoor vastzitten in een vicieuze cirkel van onzekerheid en slechte woonsituaties, terwijl ze jarenlang wachten op een verandering die vaak uitblijft. Dit alles onderstreept de noodzaak om het woonbeleid grondig te herzien en het recht op een menswaardig bestaan voor iedereen te garanderen.
De verhalen, signalen en aanbevelingen in dit dossier kwamen tot stand in overleg met verenigingen waar mensen in armoede het woord nemen, in directe dialoog met en vanuit mensen in armoede zelf*.
*Via de overleggroep wonen: Betonne Jeugd, Buurtwerk ‘t Lampeke, De Woonclub Mechelen i.s.m. De Keeting & De Lage Drempel, De Ruimtevaart, WZS Ommekeer vzw, Vierdewereldgroep MvM Aalst, OnderOns, De Nieuwe Volksbond, vzw De Fakkel